Dit taartje smaakt heerlijk als er weer voldoende rabarber is. Maar ik vries altijd wat rabarber in, zodat je het taartje ook in een ander seizoen kunt maken.
Aantal: 1 taartje
Benodigdheden
Deeg
- 175 gram zelfrijzend bakmeel
- 75 gram witte basterdsuiker
- 1 zakje vanillesuiker
- 90 gram koude boter, in blokjes
- 0,5 ei
- 1 snufje zout
Vulling
- 100 gram rabarber compote, uitgelekt
- 1 grote appel, in blokjes
- 50 gram licht bruine basterdsuiker
- 2 eetlepels custard
Extra
- Taartvorm ø 20 cm, ingevet en bebloemd
Bereiding
Vulling
Maak rabarbercompote. Voeg een klein beetje suiker en wat water toe.
Weeg ongeveer 200 gram af en laat dit uitlekken en afkoelen in een zeef. Je moet ongeveer 100 gram uitgelekte rabarbercompote overhouden voor de vulling van de taart.
Verwarm de oven voor op 180 °C.
Deeg
Doe het zelfrijzend bakmeel, basterdsuiker, vanillesuiker, koude boter (blokjes), het snufje zout en het ei in een keukenmachine en draai dit tot kruimels.
Neem hier 120 gram vanaf en zet dit koud weg. Dit is voor de bovenkant.
Doe de rest van de kruimels in een beslagkom en kneed dit tot een samenhangend deeg. Bekleed hiermee de vorm.
Vulling
Vermeng de licht bruine basterdsuiker met de custard en strooi hiervan ongeveer een derde van op de bodem. Verdeel de rabarber er over en bestrooi deze weer met een derde van het suikermengsel. Verdeel de appelblokjes erover en bestrooi met het overige suikermengsel.
Bestrooi met de koude kruimels.
Zet de vorm in de oven en bak deze in ongeveer 1 uur gaar en goudbruin.
Verlaag na 3 kwartier de temperatuur naar 150 °C.
Laat de taart tenminste een uur in de vorm afkoelen.